Hoger of lager betekent niet beter of slechter. De geschiedenis toont politici die grootheid bereikten vanuit extreme posities en degenen die faalden vanuit gematigde posities.
Extreme succesgevallen: Caesar (Populares + Dictatuur) veranderde de geschiedenis door Gallische verovering en Romeinse hervormingen, Sulla (Optimates + Dictatuur) beëindigde de burgeroorlog door dictatuur. De Gracchi-broers (Populares + Republiek) probeerden sociale transformatie door hervormingen.
Extreme falingsgevallen: Clodius (extreme Populares) stortte Rome in chaos met geweld, en Cato (extreme Optimates) kon de republiek niet redden door koppigheid en pleegde zelfmoord.
De dualiteit van gematigdheid: Pompeius (gematigd) werd een held door vroege piratenonderdrukking maar verloor van Caesar door besluiteloosheid. Lepidus (gematigd) nam deel aan het triumviraat maar verloor macht door incompetentie. Gematigdheid garandeert niet altijd veiligheid of succes.